Hoe zit het ook alweer: betalingstermijnen handelsovereenkomsten

5 februari 2019

Sinds 2013 zijn de betalingstermijnen voor overeenkomsten tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en overheden wettelijk vastgelegd. Voorheen bepaalde de wet alleen dat de betalingstermijn niet onredelijk mocht zijn.

Bedrijven: 60 dagen

Konden partijen voorheen elke willekeurige betalingstermijn overeenkomen, nu wordt de betalingstermijn tussen bedrijven onderling wettelijk gesteld op maximaal 60 dagen. Hiervan kan alleen uitdrukkelijk (dus met wederzijds goedvinden) worden afgeweken, indien die langere termijn voor geen van beide partijen nadelig is.

Er geldt sinds 1 juli 2017 echter wel een belangrijke uitzondering. Grote ondernemingen die als schuldenaar een handelsovereenkomst sluiten met een natuurlijk persoon die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf (ZZP) of met kleine of middelgrote ondernemingen (MKB) als schuldeiser, mogen geen betalingstermijn afspreken van meer dan 60 dagen. Een onderneming wordt als ‘groot’ aangemerkt indien op twee achtereenvolgende balansdata wordt voldaan aan ten minste twee van de drie onderstaande criteria:

  • de waarde van de activa op de balans is groter dan € 20 miljoen;
  • de netto omzet over het boekjaar is groter dan € 40 miljoen;
  • het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar is groter dan 250 werknemers.

Kleine en middelgrote ondernemingen zijn bedrijven die aan geen of aan slechts één van deze criteria voldoen. Overeenkomsten waarin toch een langere betalingstermijn dan 60 dagen is opgenomen, zijn nietig (niet geldig). In plaats daarvan geldt de wettelijke betalingstermijn van 30 dagen.

Als partijen geen uiterste dag van betaling zijn overeengekomen, dan geldt eveneens een wettelijke betalingstermijn van 30 dagen.

Overheden: 30 dagen

De betalingstermijn voor overheden wordt gesteld op maximaal 30 dagen na factuurdatum.  Hierop zijn vrijwel geen uitzonderingssituaties mogelijk.

Als betaling uitblijft

Indien niet binnen de overeengekomen of wettelijke termijn wordt betaald, is de schuldenaar zowel incassokosten als de wettelijke handelsrente (tenzij partijen een ander rentepercentage zijn overeengekomen) aan de schuldeiser verschuldigd. De schuldeiser mag in principe zelf de hoogte van deze incassokosten bepalen door hierover iets op te nemen in bijvoorbeeld zijn algemene voorwaarden. Als tussen partijen niets is overeengekomen, geldt de staffel van de Wet Incassokosten. Het minimumbedrag van de incassokosten bedraagt in beide gevallen € 40,00.

Van belang is dat de incassokosten en de rente direct zonder aanmaning zijn verschuldigd vanaf de dag volgend op de dag dat de wettelijke of overeengekomen uiterste dag van betaling is verstreken. Dit betekent dat bij een handelsovereenkomst de schuldeiser de schuldenaar geen aanmaning hoeft te zenden, maar direct aanspraak kan maken op vergoeding van de incassokosten en de rente.

Aandachtspunten en tips

Tot slot nog enkele aandachtspunten en tips voor het werken met deze regels:

  • De toepasselijke betalingstermijn begint te lopen na ontvangst van de factuur, dus niet vanaf de factuurdatum.
  • Zorg dat uw algemene voorwaarden en facturen waar nodig nog worden aangepast aan de wettelijke regels. Neem daarover vrijblijvend contact met ons op.
  • Hoewel u geen aanmaning meer hoeft te versturen, is het ons advies om dit uit het oogpunt van de klantrelatie wel te blijven doen. Uiteraard verhoogt dit ook de kans op betaling.